Jan Ravensbergen werkt dit jaar precies 35 jaar bij Nijssen – een mijlpaal die niet ongemerkt voorbij mag gaan. In al die jaren heeft hij aan talloze projecten gewerkt, collega’s opgeleid en zijn vakkennis doorgegeven. En toch, als je het hem vraagt, is er niet één periode die er met kop en schouders bovenuit steekt. “Maar meestal zijn de klussen in het buitenland wel bijzonder,” vertelt Jan. “Vooral als zo’n klus goed loopt, je een mooie installatie neerzet en de klant tevreden is. Dat geeft echt voldoening.”
Die buitenlandse avonturen brachten hem op veel plekken: Duitsland, België, Engeland, Oostenrijk, Zweden, Californië – en zelfs op het eiland Maui, in Hawaï. “In het buitenland ben je verantwoordelijk voor alles,” zegt hij nuchter. “Je kunt wel bellen met de zaak als er iets is, maar uiteindelijk sta jij daar en moet je het oplossen.” Zo herinnert hij zich een klus op Maui waar de dakplaten voor de cellen gestolen bleken. “Dan moet je ter plekke zelf iets bedenken om dat op te lossen. Als dat dan lukt, voelt dat goed – én je hebt meteen een sterk verhaal voor later.”
Ook in Nederland heeft Jan aan indrukwekkende projecten gewerkt, vaak met complexe logistiek en technische uitdagingen. “Dat zijn ook echt mooie klussen waar je samen met je team iets neerzet waar je trots op kunt zijn.”
Als je zo lang meedraait, vragen collega’s je al snel om advies. Hoe Jan dat doet? Niet met een vast plan. “Ik probeer gewoon zo goed mogelijk uit te leggen hoe iets werkt of hoe je iets installeert. Naarmate je langer werkt, zie je ook dingen die je de volgende keer anders zou doen. Die ervaring geef je dan automatisch door.” De techniek is in al die jaren flink veranderd. “Vroeger zaten schakelkasten vol met timers, hulpcontacten en tijdklokken. Nu gebeurt er steeds meer vanuit de computer, met PLC-techniek.” Ook de manier van communiceren is onherkenbaar veranderd.
“We hadden geen mobieltjes. Als je wilde bellen, moest je aan de klant vragen of je hun telefoon mocht gebruiken. En als je storingsdienst had, kreeg je een pieper. Werd je gepiept, dan moest je eerst een telefooncel zoeken om te bellen wat er aan de hand was.”
En dan zijn er nog de installaties zelf – de technologie en koelmiddelen veranderen continu. “Wat eerst nieuw was, zoals bepaalde Freonsoorten, is inmiddels alweer vervangen. We zijn begonnen met de eerste ammoniakinstallaties, daarna Ammoniak/CO₂, en nu zelfs propaan.”
Wat Jan na al die jaren nog steeds het mooiste vindt? “Met elkaar – Nijssen én de onderaannemers – een goed werkende en mooie installatie bouwen waar de klant echt tevreden mee is.” Het teamwork, het resultaat, de trots: daar draait het om.
Naast alle mooie momenten noemt Jan ook een heel persoonlijk moment dat hem is bijgebleven in zijn tijd bij Nijssen. “Toen mijn zoon overleed, hij was toen vijf jaar oud, heeft iedereen bij Nijssen me enorm gesteund. Dat heeft diepe indruk op me gemaakt en dat waardeer ik nog altijd enorm.” Het laat zien dat werk en verbondenheid bij Nijssen hand in hand gaan.
Tot slot heeft hij ook nog een tip voor de jongere generatie: “Blijf je vakkennis ontwikkelen. De techniek verandert snel, dus volg af en toe een cursus of bijscholing. En misschien nog wel belangrijker: ga met plezier naar je werk.”